27e Kwadendamme Bluesfestival

10 & 11 mei 2019

Locatie: tent voetbalveld – Sportlaan 9, Kwadendamme

verslag alleen de zaterdag

Door oponthoud wegens wegwerkzaamheden misten wij de eerste songs van Detonics. Balen is zinloos en al snel waren wij helemaal in de ban van alle andere prachtige nummers waaronder het gevoelige ‘Bullet Through My Heart’. Nieuwkomer in de band Guitar Ray (gtr) hier aanwezig onder zijn eigen naam Raymond Nijenhuis, speelde de sterren van de hemel.  Het slotnummer ‘Bring It On Home To Me’ is altijd succes verzekerd. Nagenoeg iedere blues liefhebber kent de tekst wel en dus werd er luidkeels meegezongen.

Op Juke Joint podium speelde een komisch duo. Louis Johnson & The Desert Wolf. Desert Wolf gekleed in een wit gewaad met een blauwe tulbandachtige doek op zijn hoofd, liet ons in de waan midden in de woestijn te zijn beland. In onverstaanbaar Engels speelde het tweetal  Mali Blues.

Bluesrocker Marcel Scherpenzeel (voc/gtr) begon zijn show met een fraai eigen nummer ‘Gypsy’. Naarmate de show vorderde ging Scherpenzeel over naar zijn vertrouwde rockblues en dat is niet mijn ding. Neemt niet weg dat Marcel een uitstekende gitarist is.

De Britse band West Weston’s Bluesonics was voor mij van de niet Nederlandse bands een absolute topper. Halverwege de set verrasten de Engelsen ons op de real deal Chicago Blues. Frontman Steve West (voc/hca) maakt niet alleen indruk door zijn formidabele harmonicaspel, hij beschikt ook nog eens over een prima zangstem. Niet alles was eigen werk maar dat pretendeerden ze ook niet. ‘Walking Blues’, Pink Champagne’ en Red Headed Woman’ gaan er altijd wel in.

Het lukte de Engelse Dani Wilde om haar set op hoge stiletto hakken uit te voeren. Knap dat ze niet in de spleten bleef haken. Haar set was aardig maar boeide niet echt. Bij ‘Hound Dog’ mag je wel wat meer spirit tonen.

Hoewel Ralph de Jongh in gezelschap was van gitarist Tim Birkenholz ging toch de aandacht uit naar de nog steeds jong ogende blonde klompendrager. Om tijdig bij het andere podium te zijn kon ik Ralph z’n set niet helemaal uitzitten. Aan belangstelling had de druktemaker geen gebrek.

Om nog vooraan bij het podium in de grote tent een plekje te bemachtigen kon ik wel vergeten. The Juke Joints zijn heilig, zeker op eigen grond. Wat moet ik toch over ze schrijven zuchtte een collega. Zo is het, een recensie van een woord is genoeg: ‘steengoed’. Een fanatieke liefhebber dreunde alle liedjes op die ze volgens hem zouden spelen. Laat dat nou net niet gebeuren. Daar is blijkbaar goed over nagedacht want een optreden moet niet bij voorbaat al voorspelbaar zijn. Peter Kempe (voc/dms/mand) opent met een nummer uit de stal van B.B. King. Als het tijd is voor Peters traditionele mandoline spel mag Marnix Franse achter het drumstel plaatsnemen. Aan zijn gezicht te zien is het bepaald geen straf. Wanneer het afsluitende ‘Mojo Hand’ wordt ingezet brult de hele meute uit volle borst mee.

Dave Herrero (voc/gtr) verrast ons op een vleugje Chicago blues, met uitermate boeiend gitaarspel. Zijn interactie met het publiek is niet bijster groot maar dat zij hem vergeven. Wie zeker indruk maakte was toetsenist Victor Puertas die bovendien ook nog eens een uitstekende mondharmonica speler bleek te zijn.

De Belgische band Mudvibe konden wij helaas niet tot het eind bewonderen. (Nog aardig wat kilometers voor de boeg) Een prima formatie met aan het hoofd Big Dave Reiniers (voc/hca) die al bij het eerste nummer de tent op stelten zette. Wat onze zuiderburen betreft zit je met blues altijd wel goed. Zowel het publiek als ondergetekende krijgen er geen genoeg van en dus werd het toch nog laat.

Heren van de organisatie, de vele vrijwilligers en ieder die zijn steentje heeft bijgedragen aan Nederlands leukste blues festival, hartelijk dank.